ik fiets

ik fiets….

Ik fiets de stad uit. Elke trap van de pedalen geeft ruimte aan een ander geluid. Geheugen selecteert beelden van vroeger. Achterop de fiets bij mama, kleine voetjes op uitklapbare stepjes.  ‘Denk erom dat je niet met je voetjes tussen de spaken komt.’ Haar stem klinkt afwezig, alsof ze met haar hoofd al bij het avondeten zit. Ik probeer me voor te stellen hoe mijn voet wordt vermalen tussen de dunne spaken van het wiel en klamp me vaster om haar middel. Mijn gezicht gloeit na van de zon. Eigenlijk wil ik niet naar huis. Wil ik blijven bij de grote brede dijk die bij storm het water tegenhoudt. Het begint net eb te worden. Onder het terugtrekkende water komt fijn zand tevoorschijn. Miljoenen luchtbelletjes knappen open in de brandende zon. Een krab zoekt schielijk beschutting in de spleten tussen de grijze basaltblokken. Met mijn schepje bouw ik van het vochtige zand een hoge berg en tover hem om in een kasteel met ranke torens. Er omheen graaf ik een gracht waar straks het water in zal lopen. Ik ben de prinses. Mijn vader is de koning. Plechtig leggen wij samen een dode zeester boven op de hoogste toren.

Een auto toetert. Ik schrik en val bijna van de fiets maar kan me nog net vastgrijpen aan haar jurk. Ik zie de schapen naast me loom grazen op de Boomdijk. Mijn moeder fietst haastig verder. We zijn bijna thuis.

Ik fiets…

Achter mij vervagen de vertrouwde contouren van de straten waar ik thuis was. Voor en in mij verspreidt zich de leegte. Ergens schalt het geluid van spelende kinderen. Hun lach sterft langzaam weg. Ik fiets door, sneller tot alleen het ruisen van banden op het asfalt mij omringt. Het ruisen wordt zuchten waaruit woorden ontsnappen. Ik laat ze gaan. Ze vinden hun weg tussen de landerijen en de velden, waar de wind ze verwaait in losse letters zonder betekenis. Steeds verder weg van de brug die mij met jou verbindt. Verbeten trap ik de pedalen rond. Harder, sneller. Ik concentreer me op de druk van mijn voeten op de trappers maar kan niet voorkomen dat verwijten de ruimte in worden gesmeten. Snijden in het vlees.  Rijten wonden open van lang geleden.  Jouw mond die woordeloos herhaalt.

Je kunt pas weggaan als je ergens bent geweest.

lees ook van Anneke : loslaten

©annekedejong

like Like
15 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

:bye:  :good:  :negative:   :scratch:  :wacko:   :yahoo:  B-)  :heart:  :rose:    :-)  :whistle:  :yes:  :cry:  :mail:    :-(      :unsure:   ;-)